Op welke horizon kijk jij voor jouw sector?
Bijgewerkt op: 12 aug. 2022
Ik hou van innovatie. Voor iedereen die ooit met mij heeft samengewerkt duurt het ongeveer een week voor je dat door hebt. Verder, beter, nieuwer, sneller, anders. Mijn grootste sterkte en mijn diepste valkuil. Op een 360° feedback gaven mijn leidinggevenden, mijn peers én mijn medewerkers me op innovatie allemaal een score van 100%; dan willen ze eigenlijk zeggen dat je daar wat in overdrijft, denk ik. Dus nu doseer ik meer, kies ik voor focus en essentie en parkeer ik andere ideeën. En dan nog zal ik altijd wat overdrijven.
Toen de module Innovatie op het programma van de EMBA van AMS kwam, was ik dan ook zo blij als een kind in een snoepwinkel. Dit vak ging een eitje zijn voor me.
We werden al snel aan het denken gezet:
"Hoe ziet de toekomst van jouw sector eruit?"
En probeer gerust de vraag op drie horizonten te beantwoorden: verbeteren op korte termijn, veilige vernieuwingen op middellange en radicale vernieuwingen op lange termijn. Hoe verder je kijkt hoe spannender je gokken worden. Ik beloof het je.
Zouden kinderen over twintig jaar een taalchipje hebben waarop je Chinees upload (volgens Elon Musk wel!); of devices die via bluetooth je hersenen lezen? Gaan we nog op uitstap naar het bos of swipen we op transparante VR-toepassingen de hertjes van links naar rechts? Maar daarnaast zijn kinderen over twintig jaar nog steeds kinderen die basiskennis, maar ook vriendschap, veerkracht en creativiteit nodig hebben.
Je toekomstbeeld beïnvloedt je plan, je planning, de financiële keuzes en allocaties die je maakt. Ook voor je privé-leven trouwens.
In het onderwijs zijn er twee strekkingen: een traditionelere strekking die denkt dat kinderen van vandaag nog steeds hetzelfde nodig hebben dan pakweg 40 jaar geleden en een innovatieve strekking die inziet dat de wereld waarin we nu leven heel anders is dan die van veertig jaar geleden. Kennis is anders beschikbaar, werknemers verwachten hele andere vaardigheden, de snelheid van het leven enz. Ik denk dat het duidelijk is tot welke strekking ik hoor.
Maar als je beeld van vandaag in jouw sector niet eens homogeen is, hoe kan je je dan voorbereiden op een nog veel diffuser toekomstbeeld?
Iedere innovatie heeft tijd nodig en onderwijs is een sector met eerder langzame innovatiecycli. Je wil immers niet wild experimenteren met de opvoeding van kinderen en bovendien denken veel ouders aan hun eigen schooltijd bij het kiezen van een schoolsysteem. Dat is jammer, want hun kinderen leven immers in een andere tijd.
Een innovatiecyclus doorloopt een S curve: een tragere groei waarin je ontwikkelt, een snellere schaalvergroting waarin je het implementeert en een uitgestrekte maturiteitsfase waarin je wat goed was nog even volhoudt omdat het zo goed was. De traditionele strekking lijkt hierin te blijven steken. Capteren wat goed is, en tegelijkertijd kijken naar de toekomst is de uitdaging.
Onderwijs en heel wat andere sectoren moeten ontwikkelen, zich aanpassen en voorbereiden op wat is en zelfs in de richting van wat komt. Je organisatiestructuur moet erop afgestemd zijn: een start-up is snel en wendbaar terwijl een grote top-down organisatie vaak logge goedkeuringsprocedures kent. Je zo organiseren dat je toch kan innoveren is essentieel.
En jij? Hoe organiseer jij je op de toekomst?
Comments